Klauw van een ijsbeer
Aan het einde van het boek draagt Nunôk een leren koordje om zijn hals met daaraan een klauw van een ijsbeer. Het is een trofee, en een herinnering aan dat vreselijke gevecht op het ijs.
Nog altijd dragen Inuit jongens en mannen vaak een ijsbeer-klauw als versiering om hun hals. Meisjes en vrouwen dragen soms een klauw van een zeehond.
De klauwen van een ijsbeer kunnen wel tien centimeter lang worden. De ijsbeer kan ze niet intrekken. Toch blijven ze scherp.
Het Inuit-dorp op Groenland waar Rob een tijd logeerde heeft vaak last van ijsberen. In de winter kwamen er maar liefst acht over het ijs naar het dorp toe. Ze werden op tijd ontdekt en doodgeschoten.
Eén van de jagers heeft Rob een klauw van zo'n ijsbeer gegeven. Die draagt hij nu aan een touwtje om zijn hals. Vraag maar of je die klauw mag zien als Rob bij jou op school komt!
|